Het stond al enige tijd op onze verlanglijst. Het bezoeken van een Waddeneiland. Vandaag was het dan zover. We gaan naar Texel!
Eindelijk op een Waddeneiland

Na een rit van ruim anderhalf uur reden we Den Helder binnen. Langs de oude haven door naar het opstelterrein van Teso, de maatschappij die de overvaart naar Texel verzorgd. Voordeel van buiten het hoog seizoen gaan, is dat er geen lange wachtrij stond. We hadden de pont van 12.30.
Na een tocht van nog geen 25 minuten zetten we voet (of eigenlijk autoband) aan Texelse wal. Aangezien we pas rond 15.00 terecht kunnen bij ons verblijf, zijn we eerst naar het dorp De Koog gereden. Even wat eten en drinken bij Eigewijs.
Vervolgens hebben we de lokale middenstand in De Koog bekeken. De Koog was ooit een vissersdorp, maar door een aantal heftige stormen heeft de visserij elders plaats genomen en is van het oude dorp weinig over. Het is nu een badplaats aan de Noordzee. Het centrum straalt gezelligheid uit en is er altijd wel volk te vinden.
Het weekend stond in het teken van Texel culinair waar lokale restaurants tonen wat de specialiteiten zijn. Aangevuld met mobiele eettenten. Na wat boodschappen te hebben ingeslagen reden we naar ons verblijfplaats. Een eenvoudig chalet in 1 van de vele parken net buiten De Koog.
Oudeschild
Met het doel om de Waddenzee te zien reden we naar Oudeschild. Een havendorp aan de oostkant. Ooit met internationale bekendheid door als haven voor de VOC te dienen. Met behoorlijk wat wisselvallig weer besloten we na een kop koffie in het haven café om het maritiem- en juttersmuseum Kaap Skil te bezoeken.
Aangezien het open monumenten dag was, was de toegang gratis. Dit museum laat oude ambachten weer tot leven komen. Zo zijn er oude vissershuisjes, een oude bakkerij en een werkplaats van de smid te zien.

Verder toont het de geschiedenis van de Texelse scheepvaart en staat er een oude molen. Deze molen komt oorspronkelijk uit Zaandam en is in 1902 hier naar toe verplaatst.
Een oude schuur dient als verzamelplaats voor de lokale jutters zoals rijen lege flessen, legerhelmen, reddingsboeien en ga zo maar door. Je kunt het zo gek niet bedenken of het ligt er.

Zo ook een kleine helikopter van schuim. Een toevallig passerende jutter kende het verhaal achter dit voorwerp.Toen deze heli werd gevonden, zat daar 1 kilo cocaïne in. Navraag leert ons dat deze kilo netjes in beslag is genomen, aldus de jutter.
Verder stond daar een man met zijn rookton vis te roken. In het restaurant was er een wedstrijd van ‘Heel Texel bakt’. Zo mochten wij een stuk chocoladetaart en appelschuimtaart proeven en beoordelen. Wat ons betreft beide geslaagd met een dikke 8.

Na deze enerverende uren reden we terug naar De Koog om het strand op te gaan. Eenmaal aangekomen bij De Koog liepen we eerst door een stuk bos, wat onderdeel is van het Nationaal Park Duinen van Texel, om vervolgens via de duinen het strand te bereiken.

Onderweg kwamen we heel wat konijnen en een paar fazanten tegen. Na deze tocht aten we bij strandpaviljoen Paal 20 om vervolgens wederom via het centrum van De Koog terug te gaan naar ons verblijfplaats.
Zicht op Vlieland, Eureka en de Slufter
Met minder goede weersvooruitzichten voor de komende dagen, zouden we nog één mooie dag hebben. Wij moesten hiervan profiteren en reden we noordwaarts. Eerst richting Oosterend om een bezoek te brengen aan Eureka Orchideeën en Vogelbush.

Dit tuincentrum is niet zomaar een tuincentrum. Zo hebben ze een vogelbush, vlindertuin en een mooie verzameling roofvogels. Zo houden ze buizerds en diverse soorten uilen, waaronder de Maleise uil. Een bijzonder schitterende uitziende vogel, maar ook de Kerkuil is even mooi. Zij geven ook roofvogelshows.

Terwijl wij die mooie roofvogels aan het bekijken waren, zag ik een aantal parachutisten hangen in de lucht. Een beeld wat wel vaker voorkomt op Texel.

Na dit uitstapje reden we richting De Cocksdorp om de vuurtoren en Vlieland te zien. Dat de zon volop aanwezig was, was ook te merken aan de drukte. Een parkeerplek was gelukkig snel gevonden.

Het idyllisch stukje Nederland met de rode vuurtoren, enkele huisjes en zicht op Vlieland. In de verte enkele zandbanken waar de Wadden van bekend zijn. De vuurtoren werd in 1864 geopend. Tijdens de Georgische opstand in de 2e Wereld Oorlog werd de toren zwaar beschadigd. Na het herstel heeft de toren in 1977 zijn rode coating gekregen.
De vuurtoren staat op een stuk van Texel wat ooit onderdeel was van Vlieland. De noordkant van Texel was ooit een eiland, Eierland genaamd. In de 16e eeuw slibde het deel tussen Eierland en Texel dicht. Hierdoor werd het één eiland.
In 1835 werd het voormalig Eierland ingepolderd door Antwerpernaar Nicolas Joseph de Cock. Et voila, De Cocksdorp.

Een ander belangrijk stukje natuur van Texel is de Slufter. Dit stuk natuur is ook onderdeel van het Nationale Park Duinen van Texel. Het heeft een oppervlakte van ongeveer 700 ha. De Slufter staat in een open verbinding met de Noordzee. Hierdoor heeft de Noordzee in dit deel vrij spel en wisselt het landschap bij eb en vloed.
Na een goede lunch reden we zuidwaarts om een bezoek te brengen aan een schapenboerderij. Texel staat bekend om zijn schapen. Je komt dan ook diverse winkels tegen waar producten worden verkocht van Texelse wol.
De Schapenboerderij Texel aan de Pontweg was erg vermakelijk. Er lopen naast schapen ook diverse gevogelte rond en geeft de boer uitleg over het schapenscheren en mag je met lammetjes knuffelen. Ook hebben ze een schaap met vijf poten.

Het Sommeltjespad
Na twee volle dagen, namen we vandaag even wat gas terug en hebben we even lekker kunnen zwemmen. Helaas kwam de regenachtige voorspelling uit en dat deed Texel geen eer aan. Er wordt namelijk gezegd dat Texel de meeste zonuren kent van Nederland. Vandaag even niet.
In de middag deden we onze kaplaarzen aan en reden we naar het bos waar iets bijzonders zich zou voltrekken. Althans als we de folklore moeten geloven. Zo leven er in dit van Texel aardmannetjes, ook wel Sommeltjes genaamd. Deze aardmannetjes verstenen bij daglicht en zijn ze te zien langs het 2 km lange Sommeltjespad.

Wat deze aardmannetjes in de nacht uitspoken, is bij ons helaas niet bekend. Maar aangezien er ook een heks rondvliegt, beloofd dat niet veel goeds.

Na deze sprookjesachtige tocht, reden we naar strandpaviljoen Paal 17 om daar heerlijk te dineren. Een echte aanrader.
Texel: Jutters, kaas en oorlog
Je zult het niet direct kunnen verzinnen, maar Texel heeft een vliegveld. Het parachutespringen is een veel geoefende sport op dit eiland. Daarnaast heeft Texel een luchtvaart- en oorlogsmuseum. Dit museum toont de geschiedenis van het vliegveld en de gebeurtenissen rondom te 2e Wereld Oorlog.
Rondom Texel zijn diverse vliegtuigen neergestort. Dit museum eert de gevallen bemanningsleden. Tevens heeft er op Texel de Russenoorlog afgespeeld. De Duitse bezetters brachten krijgsgevangenen uit het oostfront naar Nederland. Zo werd er een Georgische infanteriebataljon op Texel gelegerd.

Zij kwamen in de nacht van 5 op 6 april 1945 in opstand tegen de Duitsers. Dit resulteerde in 565 Georgische, 120 Nederlandse en 812 Duitse slachtoffers.
De laatste gevechten vonden plaats rondom de vuurtoren van Texel waarna de Duitse bezetters razzia’s uitvoerde om de opstandelingen te vinden. Op 20 mei kwamen de eerste Canadese militairen op Texel om Europa’s laatste slagveld te bevrijden. De 228 Georgische overlevenden werden op 17 juni 1945 terug gezonden naar de Sovjet-Unie.
In de middag reden we naar Den Burg. Het grootste dorp van dit eiland heeft zwaar geleden tijdens de 2e Wereld Oorlog. De oorsprong van dit dorp gaat ver terug naar zevende eeuw.

Tegenwoordig kent dit dorp een gezellig centrum met diverse bekende winkelketens, maar ook lokale ondernemers. Zoals een ouderwetse snoepwinkel.

Even buiten Den Burg hebben we een kaasboerderij bezocht. Het bezoek was kort, omdat er ogenschijnlijk niet veel te zien was. Toch hebben we wel wat opgestoken van de geschiedenis van kaas. Zo werd er al in de prehistorie kaas gemaakt en beschreef de Romeinse keizer Julius Caesar dat er kaas werd gemaakt in toenmalig Nederland. Tijdens de Middeleeuwen exporteerde we al kaas naar het buitenland.
Texel maakt vanaf 1450 al Schapenkaas. In 1837 ‘exporteert’ Texel ruim 60.000 kg kaas naar het vaste land.
Na dit korte bezoek, reden we naar het schipbreuk- en juttersmuseum Flora. Een indrukwekkende verzameling aan attributen van wat er zoals is gevonden aan de Texelse kust. Van helmen tot aan straaljagersonderdelen, van reddingsboeien tot aan oude computers. Het is allemaal buit gemaakt en tentoon gesteld in dit museum. Het is echt een aanrader om dit museum te bezoeken.


Het was droog en zelfs de zon liet zich weer even zien. Een mooi moment om de dag af te sluiten bij de vuurtoren. Gezien de korte afstanden op het eiland, waren we binnen 20 minuten op het strand om nog even een blik te werpen op Vlieland en om nog wat zeelucht op te doen.
Rondvaart Oudeschild – Den Helder
Vandaag stond in het teken van een rondvaart langs de Texelse kust en de Marinehaven van Den Helder. Deze 2 uur durende rondvaart werd uitgevoerd door de Texel 44. Een bijzonder informatieve rondvaart waar we droog en warm van het uitzicht hebben genoten.
Er werd van alles verteld over Texel, de natuur en Den Helder. We vertrokken vanuit de haven van Oudeschild om een tussenstop te maken Noorderhaaks, oftewel de Razende Bol. Een onbewoond eiland wat eigenlijk niet meer voor stelt dan een grote zandbank waar vogels en zeehonden een heenkomen hebben gevonden.


Uiteraard was deze tussenstop bedoeld om zeehonden te spotten. Echter lagen zij aan de andere kant van de zandbank. Toch heeft een enkele zeehond de kop bovenwater gestoken zodat wij ze toch nog in het echt hebben gezien.

Per jaar verplaatst de zandbank zich ongeveer 100 meter in de richting van Texel. De verwachting is dan ook dat deze zandbank op korte termijn vast groeit aan Texel.

Na deze tussenstop voerde we de haven van Den Helder binnen waar diverse Marineschepen liggen aangemeerd.


Laatste dag Texel, Ecomare
Vandaag was het dan zover om afscheid te nemen van Texel. Er stond nog één activiteit op het programma, namelijk een bezoek aan Ecomare. Deze zeehonden en vogelopvang ligt even buiten De Koog.

Naast een opvang is het ook een natuurmuseum waar we diverse soorten zeehonden en bruinvissen hebben gezien. Daarnaast heeft dit museum ook een aquarium waar de kleinere soorten vissen te zien zijn en hebben ze een indrukwekkende expositie over walvissen en de diversiteit daarin gezien.
Dit is niet de eerste zeehondenopvang die wij hebben bezocht, Zo waren wij in 2012 in Pieterburen. Toch is Ecomare uitgebreider en ligt de nadruk bij Pieterburen meer op de opvang van zeehonden.

We sloten ons bezoek aan Texel af met een lunch bij Paal 17. Waar we eerder ook heerlijk hebben gegeten. Nog even een laatste strandwandeling, voetjes in de zee en wat schelpen zoeken.
Zo reden we terug naar de pont en maakte we de overtocht van 15.00 uur om vervolgens nog 1,5 uur te rijden naar huis. Ondanks de vele regenbuien hebben we zeker genoten van Texel.
Een gedachte over “Rondje Texel”