Met een bliksem bezoek gaan we naar de Ierse hoofdstad Dublin. We vertrekken vanaf Schiphol om 14.10 uur om vervolgens zondag om 13.45 uur weer terug te zijn. Wat we gaan beleven in deze 48 uur staat vooraf nog niet vast. Met een kleine vertraging vlogen we naar Dublin. Je vliegt er 1,5 uur over. Eenmaal geland vielen een aantal zaken direct op. Niet alleen dat ook de Ieren links rijden, maar namelijk de tweetalige borden.
Dublin
Vanaf het vliegveld kan je gebruik maken van de Airlink express. Een dubbeldekker die je naar het centrum van Dublin brengt. Na een lange rit met buslijn 747 kwamen we aan bij het hostel.
Nadat we waren ingecheckt liepen we naar een pub aan de overkant van de rivier. Dit café, The Chancery Inn, was een typische pub met Ierse locals die natuurlijk wel een pintje lusten. Naast Guinness schenken ze hier vele andere soorten bier. Om alvast in de stemming te komen, deden wij daar natuurlijk aan mee.
Vervolgens liepen we richting het uitgaanscentrum, de Temple bar. Hier vindt je de vele pubs en restaurants. In de zoektocht naar een plek om te eten, kwamen we eerst terecht in diverse pubs en bij de Market bar. We besloten uiteindelijk om voor een Indiaas/Nepalese restaurant te gaan. Diwali, vernoemd naar het lichtjesfeest. Het eten was top!
Na een goed gevulde maag, begon het avondprogramma. Na een aantal keer pub in pub uit bleven we uiteindelijk hangen bij O’Donoghue’s. Een geweldige gitarist die van alles speelde op zijn akoestische gitaar. Liedjes van onder andere Otis Redding, Pink Floyd, Bob Dylan en Bob Marley werden bespeeld. Natuurlijk met een Ierse accent, maar dat maakte niet uit. Na een aantal pints en een late night burger was de eerst kennismaking met Dublin goed te noemen.
Guinness Storehouse
De voorspelling kwam uit, het regende. Na een typisch hostel-ontbijt (toast met jam en koffie) waren we op zoek naar een aanvulling op het ontbijt. We vonden het bij de Spar. Ja de supermarktketen. Echter in Dublin is de Spar ook een koffietent a la Coffee Company en Starbucks. Na een lekkere cappuccino en donut liepen we richting de Guinness Storehouse. Deze regenachtige wandeling van ongeveer 30 minuten bracht ons bij de Guinness experience. Het museum van dit Ierse goud met een schuimkraagje.
Je kunt het vergelijken met de Heineken Experience alleen vele malen groter. Zeker 7 verdiepingen en een Gravity bar verteld je het verhaal achter Guinness. De brouwerij werd in 1759 gesticht door Arthur Guinness. Het merk kent zeker 12 verschillende soorten, maar de bekendste is het donkere bier. Door vele aangemerkt als zwart, maar eigenlijk is het ‘ruby red’. Een leuk detail is dat het Guinness book of Records oorspronkelijk ook werd uitgegeven door deze brouwerij.
Naast een uitleg over het bier, mag je ook je andere zintuigen gebruiken. Je kunt het bier ruiken en natuurlijk proeven. Op de bovenste verdieping kan je vervolgens een pint Guinness of een softdrink nuttigen. Vanuit de zogenoemde Gravity bar heb je bijna 360 graden zicht over Dublin. Helaas werd het uitzicht door de regen enigszins belemmerd. Deze experience kost je 20 euro en is best leuk om gedaan te hebben.
Hierna hebben we een beetje geslenterd door Dublin. Natuurlijk Temple bar, maar ook door Henry street en O’Connell street. In deze straat vindt je ook The Spire. Een monument van 120 meter hoog wat speelt met het zonlicht. Als de zon schijnt natuurlijk. Het wordt ook wel the Monument of Light genoemd. Voorheen stond hier Nelson’s Pilar. Deze is echter in 1966 door de IRA opgeblazen.
Vervolgens via Ha’penny Bridge liepen we terug naar Temple bar. Daar waren we nog getuige van een arrestatie. De beste man was behoorlijk dronken en waren er 2 agenten nodig om hem enigszins in bedwang te houden. Niet veel later werd hij in een politiebus gezet en afgevoerd.
Wat verder nog opviel, waren de vele vrijgezellenfeestjes. Wat natuurlijk een kleurrijk straatbeeld opleverde. Uiteindelijk kwamen we terecht in de Market bar om daar te eten. Het menu van de Marketbar is Spaans georiënteerd. Het is prima eten in een voormalige markthal. Gesitueerd aan de Fade street, voorheen onderdeel van de red-light district, was het vroeger een worstfabriek.
Pub crawl
Na het diner was het natuurlijk tijd voor een pub crawl. We bleven hangen in de Fitzsimons met live muziek. Het was tevens de avond waarop een jaarlijks terugkerend event plaats vond. Namelijk een American football wedstrijd tussen de Boston College Eagles en Georgia Tech Yellow Jackets. Hierdoor vind je door heel Temple bar vele Amerikaanse vlagen en natuurlijk Amerikanen. Dit event trek niet alleen Ieren, maar ook duizenden Amerikanen komen naar Dublin om deze wedstrijd bij te wonen in het stadion of in één van de pubs.
Dublin, een leuke stad als je van pubs houdt. Het is echter geen mooie of romantische stad. Sommige delen lijken op New York en zie je duidelijk het verband tussen Ierland en de Verenigde Staten, maar ook het verband met Engeland.
Na twee dagen Dublin was het zondagochtend weer tijd om terug te gaan. Dit keer namen we de taxi en waren we binnen 20 minuten op het vliegveld. Met een vertraging van 25 minuten, kwamen we toch 10 minuten eerder aan op Schiphol.